Le château
Het kasteel is in de 15e eeuw gebouwd, op nog geen 200 meter van het voormalige “Castrum van Andone”. Het kasteel is zeer kenmerkend voor de bouwstijl van na de 100-jarige oorlog (1337 – 1453). Bij een inventarisatie op 5 juni 1487 van Jean Triquot aan de Graaf van Montignac, wordt voor het eerst melding gemaakt van het “leengoed van La Barre”. Hij heeft het waarschijnlijk gebouwd, of samen met zijn schoonzoon Antoine Horric.
De familie Horric komt oorspronkelijk uit Denemarken (vikingen) en heeft zich in het begin van de 11e eeuw gevestigd in Frankrijk. Het huis is vanaf het begin tot aan het einde van de 17e eeuw in de Horric familie gebleven. Het werd in 1685 verkocht aan de familie Gourdin. Francois Gourdin, brigadier van de legers van de koning, heeft het bij zijn dood in 1751 nagelaten aan zijn nichtje Marie-Thérèse Bouree de Balzac (1736 – 1773), die in 1771 trouwde met Jean-Helie Duboys de la Bernarde (1716 – 1802), maarschalk van de legers van de koning. Het huwelijk is gesloten in de kapel van La Barre.
Zijn oudste zoon Louis-Robert (1773 – 1857) nam de naam van Duboys de Labarre aan en werd vanaf zijn geboorte eigenaar van la Barre, omdat zijn moeder tijdens de bevalling overleed. Tijdens de Franse revolutie in 1789 wordt het kasteel geconfisqueerd en kan hij het in 1804 via zijn neef Pierre Duboys weer in bezit krijgen. Vanaf 1810 verpacht hij het kasteel (behalve de ronde toren), de logis (dat worden dan stallen) en het land, aan boeren. Het landgoed is dan ongeveer 200 ha groot en tot aan het eind van de 19e eeuw wordt er cognac geproduceerd onder eigen naam “Cognac de la Barre”.
In 1810 verhuist Louis-Robert enkele kilometers verderop naar het Landgoed “Puyfrancais”, circa 300 ha groot, maar met een kleiner (en dus meer comfort) landhuis. In 1816 wordt Louis-Robert, net als zijn vader Jean-Hélie, benoemd tot ridder van de koning. Zijn zoon Charles Emannuel Leo (1819 - 1905) gebruikt de ronde toren als schildersatelier. Zijn zoon Ludovic (1862 - 1941) wordt vanaf 1905 eigenaar van La Barre. Zijn zoon Etienne (1899 - 1967) zal vanaf 1957 het kasteel weer grotendeels in gebruik nemen.
Vanaf 1976 tot 1994 staat het kasteel leeg en zal het kasteel deels in verval raken. Het kasteel staat op de monumenten lijst sinds april 1990 (ISMH).
Sinds 2018 zijn wij de trotse eigenaren en na 2 jaar klussen kunnen wij nu weer in het kasteel wonen en hebben wij ook twee gîtes gereed gemaakt voor de verhuur.
Het Castrum
Op nog geen 200 meter van het kasteel, in een stuk bos op het landgoed, liggen de fundamenten van het “Castrum van Andone”, ook wel het “Castel d’Andone” genoemd. Hier heeft tussen 975 en 1028 een kasteel van de Graaf van Angoulême Arnaud Manzer gestaan.
Zijn zoon Guillaume IV die hem in 988 heeft opgevolgd besluit in samenspraak met de bisschop van Montignac, Rohon de Montaigu, om het kasteel af te breken en her te bouwen in Montignac, een belangrijk kruispunt sinds de oudheid en een oversteekplaats van de rivier de Charente. In het centrum van Montignac (nog geen 5 km van het Andone) staat nog steeds de Donjon van het kasteel.
Sinds 1028 is de plek Andone nagenoeg onaangeroerd geweest en dit heeft Andre Debord, professor aan de universiteit van Caen, er toe gebracht om hier opgravingen te gaan verrichten. Tussen 1971 en 1996 heeft hij en zijn team hier opgravingen verricht en zij hebben meer dan 400.000 historische stukken gevonden. Een klein deel van deze opgravingen zijn terug te vinden in het historisch museum van Angoulême. Na zijn dood in 1996 heeft zijn opvolger Luc Bourgeois een boek geschreven over al deze opgravingen en de historie van deze plek. Zij hebben onder andere ontdekt dat deze plek ook door de romeinen tussen 0 tot 400 na christus is gebruikt en dat er zelfs al 500 voor christus bewoning is geweest. Dat komt mede ook door de 2 waterbronnen die zich op het landgoed bevinden, één bij Andone en één naast ons kasteel.